Begin jaren ’70 werd de Nederlandse televisie verrijkt met een serie die een hele generatie jonge kijkers aan de buis kluisterde. Q & Q, een jeugdserie uitgezonden door de KRO, veroverde zaterdagavonden tussen 19:00 en 19:30 uur op Nederland 1. Wat maakt deze serie zo speciaal? Dat heeft alles te maken met een stel nieuwsgierige jongens, een fictief dorp, spannende avonturen, en een indrukwekkend aantal kijkers.
In 1974 begon het allemaal met de eerste serie van Q & Q, genaamd Een Mislukte Foto. Deze dertien afleveringen draaiden om Aristides Quarles van Ispen en Wilbur Quant, twee vrienden die in het rustige dorpje Runkum wonen. Rustig? Nou ja, tot ze per ongeluk op een mysterie stuiten dat hun levens totaal op z’n kop zet. In 1976 volgde een tweede serie, Kunst- en Vliegwerk, en twee jaar later werd hiervan een ingekorte versie als bioscoopfilm uitgebracht. Het verhaal bleef spannend en vol verrassingen, en het enthousiasme van de kijkers even groot.
Q & Q was een gezamenlijk kunstwerk van regisseur Bram van Erkel, scriptschrijver Harrie Geelen en componist Joop Stokkermans. De herkenbare muziek, gezongen door Robert Long, werd een hit op zichzelf. Er was zelfs een singleversie gezongen door De Makkers. Hoeveel series kunnen zeggen dat hun titelsong ook in de hitlijsten te vinden was?
Het Verhaal van Q & Q
Laten we beginnen met de avonturen van de eerste serie. Aristides en Wilbur, gewapend met een camera en een flinke dosis nieuwsgierigheid, besluiten vogels te fotograferen in het bos. Maar op een van de foto’s lijkt iets heel anders te staan: een dode man. Dat blijkt het begin van een spannende speurtocht. Samen met Juultje, Wilburs zusje, en de excentrieke oudoom van Aristides, Reinier Quarles van Ispen (ook wel opa genoemd), proberen ze de waarheid te achterhalen.
De mysterieuze ring die Juultje vindt, de ‘enge man’ die opduikt, en de microfilm met geheime informatie voegen lagen vol spanning toe. Dit alles leidt naar een plot met bedrijfsspionage en een laboratorium. Het verhaal liet zich inspireren door de film Blow-Up van Michelangelo Antonioni, wat bijdroeg aan het volwassen tintje van de serie. Maar Q & Q was meer dan alleen misdaad en mysterie. Subplots, zoals de reclamecampagne voor frisdrankmerk “Poef” en de klunzige aanslag op boer Zwartjes, zorgden voor humor en luchtigheid.
In de tweede serie belandden de jongens opnieuw in de problemen, dit keer dankzij een toevallig opgevangen telefoongesprek. Twee inbrekers bespreken een schilderijendiefstal én een dubbele moord op politieagenten. Samen met Akkie Swaan, een nieuw vriendinnetje, en natuurlijk opa, besluiten Aristides en Wilbur om het heft in eigen handen te nemen. De zoektocht leidt hen naar goudsmokkel, gangsters, en onderlinge strijd tussen Belgische en Chinese criminelen.
Tegelijkertijd werden er zijsporen bewandeld. Zo was er een toneelstuk dat werd opgevoerd ter ere van “1100 jaar Runkum” en een strijd om het originele orgel van het dorp te behouden. Het geheel voelde als een rollercoaster waarin elke bocht een nieuwe verrassing bracht.
De Cast: Wie Waren Q & Q?
De jongens werden gespeeld door Erik van ’t Wout (Aristides) en Martin Perels (Wilbur). Samen met Bob de Lange als opa Quarles en Maélys Morel als Juultje vormden zij de kern van de serie. In de tweede serie voegde Tamar Baruch zich als Akkie bij de groep, en het was duidelijk dat de chemie tussen de personages een grote rol speelde in het succes van Q & Q.
De bijrollen waren minstens zo kleurrijk. Denk aan Lex Goudsmit als aannemer Pies, Sacco van der Made als adjudant Mudde, en zelfs een jonge Peter Tuinman in de rol van agent Jaap. De cast ademde Nederlands talent en gaf de serie een herkenbare charme.
Productie: Spannende Momenten en Technische Uitdagingen
Harrie Geelen schreef de eerste serie in 1973. Het script kwam snel tot stand, zelfs naar zijn eigen zeggen “in één ruk en praktisch zonder slaap”. Regisseur Bram van Erkel had gevraagd om een verhaal met natuur en paarden, en dat kreeg hij. De serie werd opgenomen in en rond het Gooi, met plaatsen zoals Huizen, Bunschoten, en Ankeveen als decor voor het fictieve Runkum.
De eerste reeks werd in 1974 uitgezonden en trok gemiddeld 3,1 miljoen kijkers per aflevering. Voor een jeugdserie in Nederland een gigantisch succes. Het budget was beperkt, maar dat weerhield de makers er niet van om een visueel aantrekkelijke serie te maken. Alles werd op film opgenomen, wat een luxe was voor die tijd.
De tweede reeks, Kunst- en Vliegwerk, werd in 1975 opgenomen. Cameraman Theo van de Sande kreeg meer ruimte om te experimenteren met belichting en camerastandpunten. Hierdoor oogde de serie verfijnder. Maar de sfeer op de set was minder ontspannen. Het succes van de eerste reeks zorgde voor druk, en de inmiddels puberende acteurs hadden meer te stellen met hun rol dan in de eerste serie.
Een ingekorte bioscoopversie van de tweede serie verscheen in 1978, maar deze miste de samenhang van de originele afleveringen. Toch was het een bijzondere mijlpaal: van televisieserie naar het witte doek.
De Erfenis van Q & Q
Hoewel het geluidsspoor van de tweede serie volgens de KRO beschadigd raakte, verscheen deze toch op dvd in 2005. De eerste serie was al in 2004 uitgebracht, wat een nostalgische golf veroorzaakte onder fans. Q & Q werd herhaald in de jaren ’70 en ’80, en zelfs decennia later blijft de serie een bron van warme herinneringen.
De boeken gebaseerd op beide series, geschreven door Imme Dros en Harrie Geelen, voegden een extra laag toe aan het Q & Q-universum. Voor veel kijkers was dit hun eerste kennismaking met spanning en avontuur op televisie, en de impact van de serie is dan ook groot gebleven.
De serie staat nog steeds bekend als een serie die jong en oud samenbracht. Het feit dat het fictieve Runkum zo levendig werd neergezet, dat de personages je aanvoelden als vrienden, en dat de avonturen zowel spannend als grappig waren, maakt het tot een unieke plek in de Nederlandse televisiegeschiedenis.